elke dinsdagavond van 20:00 - 22:00 op RTV Katwijk op 106.8FM en via deze site


Uitzending gemist

Category: De Rode Draad (Page 3 of 31)

De rode draad van Kippenvel 684 van 3 augustus: Randall Bamblett, sideman en frontman

In De rode draad steken wij de loftrompet over toetsenist, zanger en saxofonist Randall Bramblett, die bovendien een meer dan gemiddeld getalenteerd songschrijver is.

We belichten zijn rol als sideman en frontman door de jaren heen met songs van Bonnie Raitt, Roger Glover, Marc Cohn en Bramblett zelf natuurlijk en wij hebben recht van spreken, want we zijn al jaren fan van deze onderschatte klasbak.

Dat is dus opnieuw twee uur muziek voor wie wil luisteren!

tot vanavond om acht uur dus, tot Kippenvel!

 

De recensies van ‘No more Mr. Lucky’, ‘Thin places’, Rich someday’, ‘Now it’s tomorrow’en ‘The bright spots’ vind je in de categorie Recensies roots.

 

De rode draad van Kippenvel 683 van 27 juli: Chuck E. Weiss, continue cultheld

Wij schrokken van het overlijden van Chuck E. Weiss. Hij was 76 jaar, maar dat is naar westerse maatstaven redelijk jong.

Tracks van deze schimmige nachtvlinder draaien wij tenslotte al vanaf het allereerste begin van  Kippenvel en we zijn bovendien vermoedelijk een van de weinigen die al zijn vijf albums hebben: Weiss maakte schijnbaar even makkelijk even superieure nummers als slordige meestampers.

Hij was muzikaal  dan ook niet voor een gat te vangen, zodat elk van zijn albums een even grillige lappendeken aan stijlen bevat.

Onze recensie van ‘Red Beans and Weiss’ in de verleden week gepubliceerde necrologie geeft zijn veelzijdigheid goed weer.

Vanavond draaien we in De rode draad maar liefst acht songs waarmee Weiss direct te maken heeft, waaronder uiteraard Rickie Lee Jones’ radioklassieker ‘Chuck E.’s in Love’. Die song is weliswaar bijna dood gedraaid, maar eerlijk gezegd wel verschrikkelijk goed.

Ook zitten er twee songs in van Tom Waits: aan een schreef Weiss mee, in de andere wordt hij letterlijk genoemd.

Ze komen niet van Waits’ ‘Blue Valentine’, waarop zowel Jones als Weiss te zien is op respectievelijk de buitenkant van de klaphoes en de binnenkant ervan, althans voor de mensen die de lp hebben. Ze staan op ‘Nighthawks at the Diner’(1975) en ‘Small Change’ (1976).

Door de vijf andere songs proberen we Weiss’ hele carrière samen te vatten, van het tegen zijn wil op cd uitgekomen ‘The Other Side of Town’ uit 1981 tot en met zijn laatste: inderdaad een onmogelijke opgave, maar goed…

Tot vanavond om acht uur, tot Kippenvel!

De rode draad van Kippenvel 682: vreemde bedden

In De rode draad van vanavond belanden wij tot onze verbazing in vreemde bedden.

Dat doen we aan de hand van songs van Paul McCartney, Robert Long, Bram Vermeulen, Janis Ian en Alex Roeka, waarin spijt schoonheid is geworden: spijt om wat niet was of vaker om wat niet bleef. Samen met veel andere weemoed is dat dus opnieuw twee uur muziek voor wie wil luisteren!

 

Tot vanavond om acht uur dus, tot Kippenvel!

 

De rode draad van Kippenvel 679: doorgaan, altijd maar doorgaan…

‘Carry On’, een van de klassiekers van Crosby, Stills, Nash & Young, kent een interessante ontstaansgeschiedenis.

In feite is het nummer zoals we het kennen min of meer uit nood geboren. Graham Nash vond dat ze tijdens de opnamen van ‘Déjà Vu’ nog geen song hadden opgenomen die te vergelijken was met ‘Suite: Judy Blue Eyes’: een nummer dus waardoor de luisteraars het album niet meer zouden kunnen afzetten voor het afgelopen  was.

Stills schreef diezelfde avond ‘Carry On’ en voegde daar zijn eigen ‘Questions’ aan toe, dat al op Buffalo Springfield’s ‘Last Time Around’uit 1968 had gestaan.

Het geheel liet hij de volgende dag aan Nash horen en de rest is inderdaad geschiedenis, zoals ze zeggen: popgeschiedenis welteverstaan…

De rode draad van Kippenvel 678 van 22 juni: Roel Spanjers, toetsenist

Roel Spanjers is een van de beste Nederlandse rootstoetsenisten, al is zijn lot altijd een ander te begeleiden.

Dat doet hij echter met hart en ziel: zo maakte hij deel uit van Normaal en van de band van JW Roy en is hij een van de Southern Aces achter de Texaanse soulzanger Malford Milligan.

Desondanks was hij ooit een van de oprichters van de Sunset Travelers, maarkte hij een soloalbum, Birdcatcher, en werkte hij ‘niet alleen in het theater samen met Fréderique Spigt, maar ook op de ep ‘The Road’.

Hij is net weer begonnen op te treden: alle reden dus hem in De rode draad weer eens in het zonnetje te zetten.

De vorige keer was dat alweer in 2010….

 

 

De rode draad van Kippenvel 667 van 15 juni: Stephen Stills ‘Bluebird’ en ‘Bluebird Revisited’

In De rode draad van Kippenvel 677 ontleden we de historie van Stephen Stills’ compositie ‘Bluebird Revisited’, die uiteindelijk op zijn tweede soloalbum terecht kwam.

Daarvoor was er echter al zijn ‘Bluebird’, een song die terecht kwam op ‘Buffalo Springfield Again’, de tweede plaat van de Buffalo Springfield uit 1967.

Het was ook de song waarmee die groep hun concerten afsloot en dat vele live spelen zal er mede de oorzaak van zijn geweest dat Stills er ook na het schrijven van dat nummer aan bleef schaven.

Dat blijkt ook uit het feit dat op ‘Déjà Vu, 50th Anniversary Deluxe Edition’ een demo staat van ‘Bluebird revisited’, die hij overigens solo opnam: van Crosby, Nash of Young is er geen spoor.

Die song haalt het album in 1970 echter niet, terwijl in 1971 Bonnie Raitt ‘Bluebird’ dan weer tot het opnemingsnummer maakt van haar naamloze debuut in een tegelijk bluesy als rootsy versie. Blijkbaar herkende zij de bluesman die altijd in Stills gezeten heeft toen al duidelijk.Stills zelf neemt een drastisch andere versie van ‘Bluesbird revisited’ op voor zijn tweede soloalbum, met een grote rol daarin voor blazers.

De rode draad van Kippenvel 676 van 8 juni: William Bell, Marc Cohn en John Leventhal

Hoe soulzanger William Bell, singer-songwriter Marc Cohn en producer John Leventhal precies met elkaar in contact kwamen, is niet zo gemakkelijk te vinden. Ook in het interview dat de NPR met hem had, begint het verhaal op het moment dat de drie in de studio zaten en net daarvoor. Toch lijkt het er nog het meeste op, dat Bell’s label Stax Leventhal inhuurde voor de klus, een heel prozaïsche manier van elkaar leren kennen dus.

Dat vertelt Leventhal tenminste in een even uitgebreid als interessant interview over de samenwerking met Bell en over produceren in het algemeen.

Feit is dat Bell in geen tijden een regulier album had gemaakt en zijn faam vooral dankte aan hits in de jaren zestig en zeventig (van de vorige eeuw, zoals veel mensen daar voorlopig nog heel overbodig aan toevoegen).

Dat het op zijn comebackalbum ‘This Is Where I Live’ klikte tussen Bell en Leventhal is ook overduidelijk een feit. Dat Leventhal Marc Cohn interesseerde in meeschrijven aan vijf van de elf songs is vast het gevolg van de vriendschap die de laatste twee onderhouden, maar ook aan Cohn’s voorliefde voor soul en gospel.

Bell’s album is inmiddels overigens alweer bijna vijf jaar oud, maar nog steeds goed en niet alleen doordat het in 2017 de Grammy kreeg voor Best Americana Album, overigens een wonderlijke categorie voor een soulalbum.

Wij ontdekten het dan weer via de samenwerking van de Blind Boys of Alabama met Marc Cohn, een man die wij behalve een heel goede, ook nog een uiterst soulvolle zanger vinden.

Alle reden dus om de combinatie van deze drie vanavond centraal te stellen in De rode draad, al moeten we Leventhal er aan de haren van Shawn Colvin bij trekken, van wie hij veel albums produceerde en waarvan hij minstens medeverantwoordelijk was voor het geluid ervan.

Hoewel hij aan zo’n tweehonderd songs schijnt te hebben meegeschreven, maakte hij namelijk nooit een eigen album, al komt de samenwerking met zijn vrouw Rosanne Cash op die van haar natuurlijk wel dichtbij…

Daarom vanavond vier songs: twee die de soulvolle invloeden van Marc Cohn verraden, een van Shawn Covin met John leventhal in een hoofdrol en een van William Bell.

 

tot vanavond om acht uur, tot Kippenvel!

 

De links naar de twee interviews vind je hier: Continue reading

De rode draad van Kippenvel 675 van 1 juni: drinken, drinken, drinken…

In de rode draad van Kippenvel 675 draaien we songs over drank en drinken, te veel drinken met Bonnie Raitt, Bram Vermeulen, Randy Newman, Beatrice van der Poel en Richard Shindell, natuurlijk.

Ze zingen vol spijt en wroeging over de drank, maar ook over het toch niet kunnen laten…

Dat is ook vanavond weer twee uur muziek voor wie wil luisteren.

Tot vanavond om acht uur, tot Kippenvel!

De rode draad van Kippenvel 674 van 25 mei: Roger Hawkins, een luisterende drummer

Op 20 mei jl. overleed drummer Roger Hawkins.

Als lid van de studioband van de Muscle Shoals-studio’s bepaalde hij mede het geluid van klassieke popsongs van onder anderen Wilson Pickett, Percy Sledge en de Staple Singers, terwijl de gezamenlijke faam van  Hawkins, bassist David Hood, toetsenist Berry Beckett en gitarist Jimmy Johnson er vervolgens voor zorgde dat zo ongeveer iedere popmuzikant in de jaren zeventig in de door hen opgerichte studio met hen wilde opnemen.

Daarom draaien we vanavond vier songs waarop zijn spel medebepalend was voor het geluid, in het volle besef dat we Hawkins met slechts vier nummers eigenlijk geen recht doen. Toch geven songs van Wilson Pickett, de Stapel Singers, JJ Cale en Paul Simon in ieder geval een goede indruk van de man die in allerlei necrologieën wordt herdacht.

 

Die van ons vind je in de categorie Dossier: Ook al dood… en een min of meer recent interview met Hawkins vind je via: Continue reading

De rode draad van Kippenvel 673: Déjà Vu ongekend

Déjà Vu is een monument van een album vanwege de grilligheid ervan, vanwege de belofte die Crosby, Stills, Nash & Young daarna nooit konden inlossen en vanwege nog altijd intrigerende songs als het ‘Carry On’, ‘Almost Cut My Hair’, het titelnummer, ‘4+20’ en ‘Country Girl’.

De 50th Anniversary Deluxe Edition voegt aan de tien songs van het album 21 demo’s en alternatieve versies van songs op het album en de zeventien destijds afgevallen nummers toe.

Ook daarin blijkt de artistieke dominantie van in de eerste plaats Stephen Stills en David Crosby als goede tweede: van Graham Nash zijn maar vier extraatjes te horen, al zijn die in hun snak naar alledaags geluk wel mooi.

Neil Young hield zich al helemaal afzijdig: juist die extra opnamen bewijzen dat hij Crosby, Stills, Nash & Young zag als een zijproject, want hij komt daar nauwelijks op voor in de songs van de anderen stelde slechts een alternatieve versie beschikbaar en een song die afviel.

‘Birds’ kwam dan in een andere vorm uiteraard weer wel terecht op ‘After the Goldrush’, waar Young tegelijkertijd in een studio elders in Los Angeles aan werkte…..

Toch is er meer dan genoeg te genieten: wat was Stephen Stills destijds toch goed en wat een prachtige alternatieve versies van songs van David Crosby!

In De rode draad draaien we vanavond vijf songs van die nieuwe versie: een song van ieder van de vier die het oorspronkelijke album makkelijk had kunnen halen en een alternatieve versie van ‘Woodstock’, al was het maar doordat het een van de weinige songs is waarop ze inderdaad alle vier te horen zijn…..

 

 

« Older posts Newer posts »