Indrukwekkend tweeluik.
Whitley roept vanaf Living With The Law uit 1991 door zijn weemoedige stem en zoekende gitaarstijl sterke, hypnotiserende beelden op. Regisseur Eoin Moore’s verzoek een filmscore te schrijven is dus geen wonder.
Van de 27 titels hebben sommige slechts ondersteunende kwaliteiten, maar Whitley c.s. roepen in de meeste instrumentale fragmenten al een unheimische sfeer op. De twaalf door Whitley gezongen nummers, ook steeds met filmmusici Kai-Uwe Kohlschmidt en Warner Poland gecomponeerd, zijn volkomen representatief voor zijn solowerk, zoals op eerdergenoemd debuut of Dirt Floor uit 1998.
Whitley speelt zijn loom uitwaaierende en zuigende melodieën op akoestische Resonator-gitaar, spaarzaam begeleid op drums, bas en percussie. Fluisterend of hoog uithalend met zijn karakteristieke onvaste stem bezingt hij de gewelddadige jeugd van twee broers en hoe die hen achtervolgt. Hij verzon dat thema weliswaar niet, maar de melancholieke stemming ervan is hem op het lijf geschreven. Zo maakt hij van deze OST, al klinkt dat misschien onwaarschijnlijk, een solo-cd.
Ook Whitley’s eigen cd werd opgenomen met Duitse muzikanten: Whitley is kort geleden naar Dresden verhuisd en heeft alweer een nieuw, ditmaal Frans platenlabel. Hoe grillig zijn carrière uit (a-)commercieel oogpunt echter ook verloopt, muzikaal ligt Whitley op koers.
Op deze cd vergroot hij zijn aantal klassiekers in een keer met 10 akoestische songs. Continue reading