Behalve de platenmaatschappijen hebben uiteraard ook de popmusici te maken met de veranderde manier van luisteren naar muziek en dus met andere inkomstenbronnen.
YouTube en Spotify zijn populair en waar de eerste wereldwijd een gevestigde naam is, werkt de tweede er hard aan dat te worden.
Beide dragen royalties af aan artiesten, al werd er vanaf het begin veel geklaagd over hoe weinig een draaibeurt bij Spotify opbracht.
Gedeeltelijk ligt dat aan de labels, want Spotify betaalt de maatschappijen, die vervolgens verschillende percentage uitkeren aan hun artiesten: dat varieert van zo’n vijftien procent bij een kleine act bij een grote platenfirma en vijftig procent bij een acts op een klein label.
Een vetpot lijkt dat nog altijd niet, getuige het verhaal van een kleine artiest, Erin McKeown:www.npr.org/blogs/therecord/2012/09/26/161758720/how-musicians-make-money-by-the-fraction-of-a-cent-on-spotify
Ook bekeken worden op YouTube levert niet meteen de hoofdprijs op. De website deelt weliswaar de advertentieopbrengsten met labels en copyrighthouders die het afspelen van een filmpje genereert.
Ook dat lijkt echter geen solide basisinkomen voor die vele kleine artiesten, laat staan dat de zilvervloot binnenvaart:
Al met al lijken daarmee de verkoop van cd’s, al dan niet in eigen beheer, en de legale download de enige inkomstenbronnen waar je wat aan hebt…