De Canadese jazzdiva Diana Krall hadden we al jaren geleden afgeschreven, want haar muziek en zang waren ons te beschaafd. Het wildste wat ze ooit deed, was in 2003 trouwen met Elvis Costello, maar daarvan hoorden we eigenlijk nooit iets terug, behalve een heel klein beetje op de The girl in the other room uit 2004. Daarna ging ze braaf terug in haar zelfverkozen hok, gestoffeerd door vakkundige verzachters als Tommy LiPuma.
Nu is daar haar cd Glad Rag Doll, waarop Krall teruggrijpt op de jazz uit de jaren twintig en dertig van de twintigste eeuw, net als vele anderen dat op dit moment doen.
Dat doet ze met muzikanten die eerder bij haar man passen dan bij haar: dat zijn onder anderen producer-gitarist T-Bone Burnett, gitarist Marc Ribot en drummer Jay Bellerose. Inderdaad meldde Costello zich enkele keren voor een gastrol.
Onze nieuwsgierigheid was daarmee toch weer gewekt, ook door de voor haar doen wel erg expliciete hoesfoto, al valt daarop traditiegetrouw volstrekt niets onoorbaars te zien. Veel meer was het echter toch het artikel van NPR’s Ann Powers dat ons prikkelde:http://www.npr.org/blogs/therecord/2012/10/04/162285539/diana-krall-brings-sexy-back-in-time
Verder helpen zowel het begeleidende interview tussen de eendrachtige Krall en Burnett enerzijds en Costello anderzijds met songfragmenten als die ene song die via haar website in zijn geheel te beluisteren is. Wel hopen we voor Costello dan weer dat ze die titel niet op zichzelf betrekt: