Rijke oogst.
K.C. McKanzie is de Engelse artiestennaam van een Duitse folky singer-songwriter en niet zonder reden: ook in haar eigen dertien songs op deze vierde cd combineert zij folk, Americana en singer-songwriter.
Op haar cd’s en op podia in Duitsland, Denemarken, Zwitserland en Nederland zijn haar gitaar of banjo net zo belangrijk als de bas of de banjo van Joe ‘Budi’ Budinsky, die zijn contrabas ook regelmatig met trommelstokken bespeelt. Door de drummer in negen van deze songs schuift de muziek iets op in de richting van folkrock.
McKanzie’s folky melodieën blijken in dit complete en toch open klinkende geluid soepel, statig en soms onverwacht swingend door muzikale accenten. Ze worden echter gedomineerd door haar zang, die vaak een extra melodie aan haar songs toevoegt.
Met haar intrigerende, wat metalig klinkende stem zingt zij teksten waarin traditionele en persoonlijke elementen verstoppertje met elkaar spelen. Zo zingt ze in het titelnummer verlangend hoe ze lachend afscheid zal nemen van haar geliefde, in The Shabby Bride dat zij zelfs graag achter haar man aan naar de kerk zal lopen, als ze haar jaren maar niet alleen hoeft te slijten, terwijl ze haar harteloze minnaar in Man Of Gentle Birth juist heel traditioneel ombrengt aan de oever van een rivier.
Haar toont verraadt steeds een gevoel van noodzaak en overtuigt dus in die archetypische folksongs evenzeer als in haar persoonlijker songs. Sfeervol ondersteund door de evocatieve muziek zet haar zang steeds de deur naar het echte leven op een kier.
***1/2