Overgave.
Kirsten Thien verkoos zo’n tien jaar geleden gitaarspelen en zingen al boven de bankwereld en maakte in 2001 al She Really Is en in 2006 You’ve Got Me.
Het leverde haar veel optredens op, maar geen doorbraak. Hoe onterecht dat is, bewijst Thien vanaf de allereerste noten van Love Is Made To Share. Die opener overdondert door haar gretige, expressieve zang, een door haar band pompend gespeeld ritme, drie felle blazers en gitaarsolo’s van Arthur Neilson én Howlin’ Wolf-gitarist Hubert Sumlin.
Het is de perfecte opmaat voor acht door Thien (mee)geschreven songs en covers van Willy Dixon, Ida Cox en Charlie Feldman/Jon Tiven’s Taxi Love. Die song is exemplarisch voor alle: gedrenkt in de blues, druipt hij van de seks als Thien zingt hoe heerlijk het is verleid te worden op de achterbank van een door New York rijdende taxi voor de ogen van een vrachtwagenchauffeur. Bovendien boeit het swingende nummer ook muzikaal van begin tot eind door onverwachte verschuivingen en accenten.
Ook in de andere songs belichaamt Thien het door haar akoestisch gecoverde Wild Women Don’t Have The Blues van bluespionier Ida Cox: ze blijkt een gepassioneerde, zelfbewuste vrouw die weet wat ze wil, ook als ze het niet krijgt. Dat geldt zowel voor haar uitgesproken, sensuele teksten als voor de die perfect onderstrepende, opzwepende muziek. Thien is een groot, maar helaas nog onontdekt talent dat elf songs en twee radioversies lang terecht smeekt, kreunt en krijst dat ze verdient ontdekt te worden.
****
In een kortere versie gepubliceerd in Heaven no. 70, januari-februari 2011/no. 70