Stijlvol.
Op Robyn Ludwick’s derde staan twaalf door haar geschreven songs. Net als op voorganger Too Much Desire (2008) passen countryrock en country deze Texaanse singer-songwriter naadloos.
Echtgenoot John Ludwick was toen bassist en producer, maar nu alleen dat eerste, want Gurf Morlix nam productie, gitaren, toetsen, achtergrondzang en percussie voor zijn rekening.
Op die vorige viel al op hoe Lucinda Williams in Morlix’ productie uitgroeide tot voorbeeld voor andere doorleefde vrouwelijke singer-songwriters en dat blijkt hier uiteraard eens te meer.
Morlix legt in zijn productie dan ook nadruk op het bandgeluid, zijn rootsy gitaren en Ludwick emotionele en weemoedige zang met die archetypisch zuidelijke tongval. Dat haar nasale stem ook opnieuw wat onvast blijkt, maakt de geloofwaardigheid van haar verhalen eerder groter dan kleiner, zelfs met een herhaald mannelijk perspectief. Zo blijkt Ludwick weer een aanwinst in het genre.
***
Gepubliceerd op www.popmagazineheaven.nl bij Heaven no. 70, januari-februari 2011/no. 1